Italië kent prachtige bergpassen. Of je ze nou met de auto, fiets of motor rijdt, het blijft elke keer weer een feestje. Iedere bocht is een grote verrassing en hoe hoger je komt, hoe indrukwekkender het uitzicht. Italië kent tal van spectaculaire bergpassen. De wegen zijn vaak smal, de uitzichten prachtig en onderweg kun je heerlijk eten. In dit weblog licht ik acht mooie bergpassen in Italië voor je uit.
De Passo San Pellegrino vormt een verbinding tussen het plaatsje Falcade in Val del Bois en het plaatsje Moena in Valle di Fassa. De pas leidt naar een hoogte van 1918 meter. Onderweg passeer je groene naaldbomen, een schattig gelegen bergmeer en word je getrakteerd op mooie uitzichten op de ruige bergtoppen van de omliggende gebergtes. De San Pellegrinopas is het hele jaar door geopend.
De Stelviopas, Passo dello Stelvio in het Italiaans, is bij velen bekend als scherprechter in de Giro d’Italia. Dankzij het hoogteverschil en de lengte wordt deze pas gezien als één van de zwaarste beproevingen in de wielersport. De Passo dello Stelvio behoort tot één van de hoogstgelegen verharde bergpassen van de Alpen en bereikt een maximale hoogte van 2758 meter. De Stelviopas verbindt Bormio in de regio Sondrio met Prato allo Stelvio in Zuid-Tirol. Vanwege sneeuwval is de pas ’s winters gesloten.
Het Sellamassief is één van de meest indrukwekkende bergmassieven van de Dolomieten. De Sellapas ligt op de grens tussen de provincies Trento en Bolzano. Het verbindt het Italiaanstalige dal Valle di Fassa met het Duitstalige Val Gardena. Het hoogste punt ligt op 2236 meter en biedt schitterende uitzichten op het Sellamassief. De Sellapas is het hele jaar door geopend. Een tip is om de pas te combineren met de Gardenapas, de Passo Pordoi en de Passo Campolongo. Je maakt dan een prachtige route rond het Sellamassief.
Over een lengte van ruim 56 kilometer verbindt de Berninapas het Zwitserse Samedan in het Engadin met het Italiaanse Tirano in het Veltlindal. Over deze route loopt één van de mooiste treinritten van de Alpen: de Bernina Express. Met de Berninapas bereik je een maximale hoogte van 2328 meter en geniet je continu van prachtige uitzichten. De pas is het hele jaar door te rijden.
De Col di Nivolet ligt in de Piëmontese Alpen en middenin het Nationaal Park Gran Paradiso. Je kunt de pas alleen vanuit het zuiden (Ceresole Reale) omhoog rijden, omdat deze weg geasfalteerd is. Als je eenmaal de pashoogte (2612 meter) hebt bereikt, dan gaat de pas na enkele meters verder richting Pont over een onverharde weg, waarvoor een verbod voor motorvoertuigen geldt. Desalniettemin is het een prachtige route die zeker niet mag worden overgeslagen. Het landschap waar je doorheen rijdt is ruig en ongerept. Onderweg kom je meerdere berg- en stuwmeren tegen. In de winter is de bergpas gesloten.
In de Italiaanse regio Lombardije ligt de Gaviapas, ook wel Passo di Gavia. De pas verbindt de plaats Santa Caterina Valfurva met Ponte di Legno. Het is een prachtige route, die dwars door Nationaal Park Stelvio leidt. De pas werd aangelegd in de Eerste Wereldoorlog om de voorraad van de Italiaanse soldaten gemakkelijk op peil te houden. De pas brengt je naar een hoogte van 2621 meter. Als je iets verder afdaalt, dan kom je bij het kleine bergmeer Lago Nero. ’s Winters is deze bergpas gesloten.
De Agnelpas, Colle d’Agnello in het Italiaans en Col Agnel in het Frans, ligt in de Cottische Alpen. De pas verbindt de Italiaanse provincie Cuneo met het Franse departement Hautes-Alpes. De bergpas klimt tot een hoogte van 2744 meter en behoort daarmee ook thuis in het rijtje hoogstgelegen bergpassen van de Alpen. De Agnelpas is een aantal keer opgenomen geweest in de etappes van de Giro d’Italia en Ronde van Frankrijk. Echter is dat niet altijd mogelijk vanwege sneeuwval laat in het seizoen. De Colle d’Agnello is ’s winters gesloten.
De Reschenpas, Passo di Resia in het Italiaans, verbindt de Oostenrijkse deelstaat Tirol met het Italiaanse Zuid-Tirol. In de loop der eeuwen is de Reschenpas steeds een belangrijke verbinding geweest en dat is aan de historische overblijfselen hier en daar nog goed terug te zien. Inmiddels heeft de Brennerpas die functie overgenomen, maar de Reschenpas blijft prachtig om te rijden. De pas leidt onder andere langs de Reschensee en het Oostenrijkse plaatsje Nauders. De Reschenpas is het hele jaar door geopend en heeft een maximale hoogte van 1504 meter.
De bergen hebben iets magisch en dat is een gevoel dat iedere keer weer naar boven komt als Florien er is. Jaloersmakende momenten vergeleken met hier, want waarom hebben wij geen bergen? Ze is voornamelijk 's winters in de Alpen te vinden, maar ook in de zomermaanden wil Florien nog meer magische plekken ontdekken in de bergen.
