Skip to navigation Skip to main content
Trælanípa hike
© SMG

De 18 Faeröer eilanden, die in de Noordelijke Atlantisch Oceaan tussen Noorwegen, IJsland en Schotland liggen, zijn echt magisch. Veel mensen kennen deze bestemming nog niet (ik ook niet toen ik werd uitgenodigd door Nordic voor een reis hierheen). Wel was ik meteen onder de indruk van het landschap en wilde ik dit graag met eigen ogen zien. In dit reisverslag neem ik je mee over de Faeröer eilanden en vertel ik je mijn ervaringen en de verpletterende indruk die deze bestemming bij mij heeft achtergelaten.

De Faeröer eilanden: even kennismaken

De Faeröer eilanden liggen tussen IJsland, Noorwegen en Schotland in de oceaan. De 18 eilanden worden ook wel de Schapeneilanden genoemd. Waarom? Er leven hier meer schapen (zo’n 70.000) dan mensen (zo’n 53.000). De eilandengroep heeft een vulkanische oorsprong en is net geen 1400 vierkante meter groot (ongeveer zo groot als de provincie Utrecht). De Faeröer is grotendeels zelfbesturend en hoort niet bij de EU. Officieel horen de eilanden bij het Koninkrijk Denemarken. De natuur is nog ongerept, puur en onontdekt. Het is een bestemming voor de echte natuurliefhebbers die eens iets anders willen. Door het bergachtige landschap met veel rotsen is het landschap wisselend en kun je er ook uitdagend wandelen. Op de eilanden leven veel dieren naast de mensen. Echte drukte hoef je hier niet te verwachten. De enige plek waar meer mensen op één plek wonen is de hoofdstad. Tórshavn is een levendige plek waar je goed kunt verblijven tijdens je reis over de Faeröer eilanden. Veel langer dan een week hoef je niet in te plannen voor deze bestemming. Tenzij je langere en uitgebreider wandelingen wilt maken, kun je alle highlights bekijken in 4-7 dagen. 

Ga direct naar:

Reis naar de Faeröer eilanden

Met Nordic ging ik midden april 2024 op een 4-daagse reis naar de Faeröer eilanden. Om op de eilanden te komen kun je verschillende vliegroutes nemen. Zo kun je via Parijs naar Vágar (vliegveld van de Faeröer) of via Kopenhagen. Wij vlogen met KLM rond 10.00 uur vanaf Schiphol naar Kopenhagen om daar over te stappen op een vliegtuig van Atlantic Airways naar de eilandengroep. Na een vlucht van ongeveer 1,5 uur naar Kopenhagen een korte tussenstop en een tweede vlucht van ongeveer 2,5 uur kwamen we aan op Vágar Airport op de Faeröer eilanden. Inclusief overstap en wachttijden duurde de reis ongeveer 6 uur.

Goed om te weten bij aankomst:

  • De Faeröer eilanden liggen in de tijdzone 0, het is er dus een uurtje eerder dan in Nederland!
  • Omdat de eilandengroep niet tot de EU behoort werken de meeste databundels hier niet. Je kunt deze bestemming vergelijken met Zwitserland, gebruikmaken van mobiele data kan erg duur zijn.
  • Je hebt zeker een auto nodig als je wilt rondreizen in het land. Er rijden maar weinig openbare bussen. Met een huurauto kun je prima rondrijden. De maximale snelheid is 80 km/u en de wegen zijn van goede kwaliteit. Sommige kleinere wegen zijn enkel eenbaans, maar dan zijn er altijd voldoende uitwijkplekken om tegenliggend verkeer te laten passeren.
  • De meeste eilanden zijn ondergronds verbonden met allerlei tunnels (waarvan ook een paar eenbaans). Zo kun je gemakkelijk zelf touren en ontdekken zonder te denken aan veerboten of ander vervoer.
  • Het weer op de Faeröer is over het algemeen bijzonder wisselvallig. Zorg dat je altijd een regenjas bij je hebt, want binnen mum van tijd kan het even regenen en weer opklaren. De beste reisperiode voor de kleinste kans op veel regen is mei tot eind september. In mei valt er nog maar de helft van de hoeveelheid aan neerslag in vergelijking tot april.
  • Je betaalt in dit land met Deense kronen (€ 1,- is ongeveer DKK 7,50, 1 DKK is ongeveer € 0,13).
Schaap Faeröer eilanden
© SMG

Dag 1: waterval Múlafossur en route naar Tórshavn

Faeroer Eilanden Dag1

 

  • Waterval Múlafossur (bekendste van het land)
  • Dorpje Bøur, uitzicht op de rotsformatie Drangarnir
  • Panoramische route naar Tórshavn (geweldig voor een eerste indruk)

Eerste indruk: wauw!

Na het ophalen van de bagage en regelen van de huurauto gingen we op pad! Op dit moderne vliegveld is alles super snel geregeld omdat het er zo klein is. Vanaf het vliegtuig maakten we nog twee stops voordat we gingen inchecken bij ons hotel in de hoofdstad Tórshavn. We reden langs de westkust een stukje richting het noorden. De eerste bezienswaardigheid was de meest bekende waterval van de eilandengroep: Múlafossur (30 meter). Bij het dorpje Gásadalur kun je parkeren en een kleine wandeling maken voor het beste uitzicht op de waterval. Hier zag ik ook meteen de eerste kliffen, het bijzonder blauwe water en het eerste schattige dorpje. Wauw, wat zijn de natuur en de kleuren van het landschap bijzonder. Richting Gásadalur kwamen we al langs de tweede stop van vandaag. In het water in de baai van Sørvágur zie je twee gigantische rotsen. Vanuit het pittoreske dorpje Bøur kun je de rotspiek Drangarnir goed bekijken. Deze rotsformatie ligt tussen de eilanden Vágar en Tindhólmur.

 

Verblijfplaats in Tórshavn

Toen stapten we weer in de auto om naar onze verblijfplaats voor de komende drie nachten te rijden. Je kunt twee verschillende routes nemen vanaf Bøur naar Tórshavn, eentje ervan is een panoramische route met prachtige uitzichten (een echte aanrader). Vanuit de hoofdstad Tórshavn bereik je alle highlights op de Faeröer eilanden binnen één uur. Ook zijn hier veel accommodaties en eetgelegenheden te vinden. Tórshavn is een havenstad met zo’n 19.000 inwoners. We sliepen in Hotel Hafnia, een modern en zeer net hotel met heerlijk ontbijt! De echte Scandinavische stijl zie je veel terug in hotels, accommodaties, openbare wc’s en restaurants. Alles is strak, modern en goed verzorgd.

 

Avondeten bij: Skeiva pakkhús (erg lekker, hip, combinatie van Italiaans en Faeröers, keuze uit klein (4 gangen) of groot (7 gangen) menu).

Faeröer eilanden dag 1:

Waterval Múlafossur
© SMG
De rotsformatie Drangarnir
© SMG
Hike naar waterval
© SMG
Dorpje Bøur
© SMG
Dorpje Bøur, typische huisjes Faeröer eilanden
© SMG

Dag 2: Trælanípa hike & Risin Og Kelligin

Faeroer Eilanden Dag2 (1)
  • Trælanípa hike (een van de grootste highlights van dit land)
  • Waterval Bosdalafossur
  • Dorpje Sandavágur
  • Lunch bij Fiskastykkið // Úti á Gjógv (echt heerlijk vers en fris eten)
  • Wandeling naar Trøllkonufingur (gemakkelijke wandeling over een geasfalteerde weg naar uitkijkpunt)
  • Hike Risin Og Kellingin (pittige hike met een heel bijzonder uitzicht als beloning)
  • Gjógv kloof (prachtige kloof aan de noordkant van het eiland)

Hiken, hiken, hiken!

Een van de activiteiten die je erg goed kunt doen op de Faeröer eilanden is hiken en dat is ook precies wat we op dag twee gingen doen. De dag begon met een autoritje weer richting het westen naar het meer Leitisvatn, ook wel Sørvágsvatn (beide namen worden gebruikt). Langs de rand van het meer kun je wandelen naar de kust richting een uitzichtpunt. Dit bijzondere meer ligt een stukje boven de oceaan en dit geeft een onwerkelijk beeld. Het eindpunt van de hike, van ongeveer 3 kilometer (één richting), is Trælanípa (Slave Cliff), een klif (142 meter) waar je omhoog kunt klimmen en genieten van het geweldige uitzicht. Vanaf boven heb je zowel uitzicht op het ‘hangende meer’ als de waterval Bosdalafossur en een heel stuk van de kustlijn. Waanzinnig! Voor deze wandeling kun je maar beter een half uurtje extra inplannen, zodat je genoeg tijd hebt om van het uitzicht te genieten.

 

Let op: voor deze hike moet je een 'hiking fee' bijdrage betalen van DKK 200 (ongeveer € 27,- per persoon). Kinderen tot zeven jaar hoeven niets te betalen en jeugd tussen de 7 en 14 jaar betalen per kind DKK 150. Dit geldt voor veel wandelingen op de Faeröer eilanden. Deze bijdrage wordt weer gebruikt voor het onderhoud van de paden en de natuur of is een soort toegangsticket om op het land van een boer te mogen lopen. 

 

Kliffen en een indrukwekkende kloof

Daarna was het tijd voor lunch en daarvoor reden we naar Sandavágur voor het caféetje Fiskastykkið // Úti á Gjógv. In dit kleine, gezellig restaurantje kun je heerijk eten. Het eten is bijzonder vers en overheerlijk. Zeker een stop waard! Vanaf dit restaurantje kun je beginnen aan de wandeling richting het uitzichtpunt Trøllkonufingur (heksenvinger, 313 meter hoog). Via een goed onderhouden wandelpad van 1,4 kilometer langs de kust kun je richting het uitzichtpunt lopen (ongeveer 20 minuten). Het puntje van deze bijzondere rots zie je al snel onderweg. Overal op de Faeröer hoor je legendes en verhalen, ook bij deze rots hoort een bijzonder verhaal. Geïnteresseerd? De legende staat hieronder beschreven! 

Daarna stond er nog één wandeling op de planning, een hele bijzondere om bij de rotsen Risin Og Kelligin (de reus en de heks) te komen. Deze hike is niet lang (ongeveer 2,5 kilometer één richting), maar wel uitdagend. Een pad is er eigenlijk niet en het middelste deel van de hike gaat erg steil omhoog. Vanaf bovenop de berg kun je de twee rotsen in de oceaan van 71 en 69 meter zien. Om Risin Og Kelligin te zien, moet je geen hoogtevrees hebben. Je moet namelijk wel over de rand van de klif heenkijken om ze te zien. Ook bij deze rotsen hoort een interessante legende, in de box hieronder lees je meer! Na de indrukwekkende hike is het nog een stukje richting het oosten om de Gjógv kloof te bekijken. Hier zie je de bijzondere kracht van het water. Wat een bijzondere kleuren heeft het water bij de Faeröer eilanden! De Gjógv kloof is 200 meter lang en bij de kloof ligt ook een klein kleurrijk dorpje.

 

Avondeten bij: Katrina Christiansen (gemoedelijke sfeer, Faeröer geïnspireerde tapas, keuze uit klein (5 gerechten) of groot (7 gerechten) menu, ook vegan (6 gerechten) menu als optie).

De indrukwekkende uitzichten van dag 2:

Uitzicht bij de Trælanípa hike
© SMG
De woeste kust
© SMG
Trælanípa hike, het hangende meer
© SMG
Gjógv kloof
© SMG

Legende Trøllkonufingur:

Volgens de legende kwam een heks naar de Faeröer om de eilanden naar IJsland te gooien. Maar, toen ze ten zuiden van Vágar vlakbij de zee was, kwam de zon op. Hier versteende ze en viel ze in de oceaan. De rotspunt die je bij Trøllkonufingur ziet, is haar vinger die nog boven het water uitsteekt. 

 

Legende Risin og Kelligin:

Er was eens een IJslandse heks die een reus en zijn vrouw (ook een heks) naar de Faeröer eilanden stuurde om deze te stelen en bij IJsland te voegen. De twee besloten een touw rond de berg Eiðiskollur te binden en zo het land mee te nemen. Dit was een lastige klus en door hun pogingen brak de berg in meerdere delen. Ze waren echter vastbesloten en werkten de hele nacht om de eilandjes vast te binden. Alle wezens uit de nacht veranderen volgens deze legende in steen door zonnestralen. De reus en de heks waren zo hard bezig dat ze niet doorhadden dat de zon opkwam. Toen de eerste stralen opkwamen veranderden de twee in steen. Sindsdien staan ze aan de kust van de Faeröer, verlangend en kijkend naar IJsland.

Dag 3: veerboot naar Kalsoy & graf van James Bond

Faeroer Eilanden Dag3 (2)
  • Zonsopkomst Tórshavn
  • Veerboot vanuit Klaksvík naar Kalsoy (prachtig uitstapje)
  • Dorpje Trøllanes
  • Kallur lighthouse hike (uitdagend maar het uitzicht dubbel en dwars waard)
  • Dorpje Mirkladalur (een typisch Faeröers dorpje)
  • Zeehondenvrouw (een van de meest bekende legendes op de eilanden)
  • Mikladalurfossur waterval (indrukwekkend beeld)
  • Stadswandeling Tórshavn (een stad met een rijke historie)

De dag geweldig beginnen op de Faeröer eilanden!

Als je op de Faeröer bent en er een heldere ochtend voorspeld wordt, dan is het echt de moeite waard om het wekkertje vroeg te zetten en de zonsopkomst te bekijken. Bij ons kwam de zon om 6.05 uur op, dus op dag drie begon ik de dag al om 5.50 uur en ben ik even naar buiten gewandeld. Bij de vuurtoren van Tórshavn heb je een uitzichtsplatform waar je de zon prachtig kunt zien opkomen. Hoe later je in het jaar reist, hoe eerder de zon zal opkomen door de zeer noordelijke ligging van de eilandengroep. Houd daar rekening mee als je ook de zonsopkomst wilt bewonderen op de Faeröer eilanden. 


Op naar Kalsoy met de boot

Verder stond er een bijzonder uitstapje op de planning: het eiland Kalsoy (90 inwoners). Met een veerboot vanuit Klaksvík kun je gemakkelijk de oversteek (20 minuten) maken naar dit noordelijke eilandje. Klaksvík is de tweede grote stad van de Faeröer eilanden en ook heel leuk om doorheen te wandelen. Onder andere de moderne kerk is het bekijken waard. Op Kalsoy reden we nog een stukje verder naar het noorden via allerlei tunnels om bij het startpunt van de Kallur lighthouse hike te komen (voor deze wandeling moet je ook een hiking fee betalen, DKK 200 per persoon). Vanuit het dorpje Trøllanes is het ongeveer een anderhalf lopen naar het uitzichtpunt. Er is geen uitgestippeld pad, voor deze hike kun je ook met een gids op pad, dit hebben wij ook gedaan. Onderweg heb je uitzicht op de besneeuwde toppen van de drie noordelijkste eilanden van de Faeröer. Daarbij zie je ook een gigantische klif, de nummer drie qua hoogste bergen van het land (750 meter) en de plek waar een scène van de James Bond film ‘No Time To Die’ is gefilmd. Je loopt als het ware door het decor van het stukje van de film waarbij hij overlijdt. Er is zelfs voor James Bond een graf gebouwd bij het eindpunt van deze hike. De highlight van deze wandeling is het uitzicht op de omgeving en de grote klif Borgarin (537 meter) bij de vuurtoren. Wat een waanzinnig uitzicht! Op het eilandje Kalsoy zijn er maar weinig etensgelegenheden, dus neem je eigen lunch mee en nuttig deze op dit prachtige punt. Waarschijnlijk is dit een van de mooiste plekken waar je ooit een broodje gegeten hebt!

 

Na deze wandeling zijn we een teruggereden naar Syðradalur (aankomstpunt van de veerboot) en onderweg nog gestopt bij Mikladalur. Hier speelt zich ook weer een bijzondere legende af, die van de zeehondenvrouw. Haar standbeeld (2,6 meter lang) en de waterval Mikladalurfossur kun je bekijken in dit dorpje.


Wandelen door de hoofdstad van de Faeröer eilanden: Tórshavn

Ook maakten we bij terugkomst in Tórshavn nog een stadswandeling. Door de kleine steegjes, de haven en langs de gekleurde huisjes kun je prachtig wandelen. Een echte aanrader is om door het oude centrum te lopen. Reyn en Undir Ryggi bestaan uit allerlei authentieke huisjes met gras op de daken. De 14e eeuwse zwarte huisjes zijn nog steeds bewoond. Hier in de buurt wandel je ook door de wijk op het schiereiland Tinganes met het parlement (rode huisje met gras op het dak). Veel huizen die hier werden gebouwd in de 16e en 17e eeuw zijn nog altijd in gebruik. In dit stukje van de stad ga je echt terug in de tijd!

 

Avondeten bij: Michelin restaurant ROKS (uitzonderlijk lekker, vooral vis, keuze uit een klein (6 gerechten) of groot (9 gerechten). ROKS is het kleine en meer gemoedelijke zusje van het twee Michelin sterrenrestaurant KOKS. Dit is een restaurant met origine van de Faeröer eilanden dat nu tijdelijk op Groenland gevestigd is.

Zo was dag 3 op de Faeröer eilanden:

Zonsopkomst in Tórshavn op de Faeröer eilanden!
© SMG
Kallur Lighthouse hike
© SMG
Op de veerboot naar Kalsoy Faeröer eilanden
© SMG
Tórshavn
© SMG

Legende van de zeehondenvrouw:

Volgens de legende van de zeehondenvouw waren zeehonden op de Faeröer voormalige mensen. Ze hebben vrijwillig gekozen voor een bestaan in het water, maar één keer per jaar kwamen ze nog eens aan land. Jaarlijks en traditiegetrouw trokken de zeehonden hun huiden uit om zich te kunnen vermaken als mensen. 

 

Een jonge boer uit het dorp vroeg zich af of dit verhaal echt waar was en verstopte zich daarom eens op het strand om de gebeurtenis mee te maken. De jonge boer zag ook een mooi meisje bij de groep van zeehonden/mensen, ze legde haar huid dicht bij zijn verstopplek. De jonge jongen besloot de huid te stelen. Toen de zon opkwam en de mensen terugkeerden bij hun huiden om weer de zee in te gaan, raakte het zeehondenmeisje overstuur omdat ze haar huid niet kon vinden. Zo werd het meisje gedwongen om met de jongen mee te gaan. Jarenlang hield de jongen de huid van het meisje opgesloten in een kist, afgesloten met een sleutel die hij bij zich droeg. Ze kregen samen kinderen. Op een dag merkte de jongen op zee dat hij de sleutel thuis had laten liggen. Dus zei hij: “Vandaag zal ik mijn vrouw verliezen”. Zo snel als hij kon roeide hij terug naar het dorp, maar toen hij in het huis aankwam zag hij de kinderen alleen, een open kist en geen moeder. Aan de kust bleef een zeehond verschijnen en toen de jaren verstreken werd het groepje uitgebreid met een mannetjes zeehond en kleinere zeehondjes. De mannen uit het dorp besloten jaren later de zeehonden te jagen in de grotten langs de kust waar ze leefden. In de nacht voor vertrek verscheen de zeehondenvrouw bij de boer in zijn droom. Hier vroeg ze of hij de grote zeehond en de zeehondenjongen (dit waren haar jonge zonen) in de grot niet wilde doden. Maar, de boer sloeg geen acht op de droom en tijdens de jacht werden meerdere zeehonden gedood.

 

In de avond klonk er een grote knal en verscheen de zeehondenvrouw in de vorm van een angstaanjagende trol in de boerderij. Ze riep een vloek uit: "Hier liggen het hoofd van mijn man, de hand van Hárek en de voet van Fredrik! Nu zal er wraak zijn, wraak op de mannen van Mikladalur.  Sommigen zullen op zee sterven en anderen van de bergtoppen vallen, totdat er zoveel doden zijn dat ze elkaar de hand kunnen geven en een ring vormen langs de hele kust van het eiland Kalsoy!". Daarna werd ze nooit meer gezien.

Dag 4: dorpjes Kirkjubøur & Saksun

Faeroer Eilanden Dag4 (1)
  • Dorpje Kirkjubøur
  • Magnus Kathedraal (nooit afgemaakte enige kathedraal van het land)
  • Ólavskirkjan, St. Olav’s Church (oudste functionerende kerk in het land)
  • Kirkjubøargarður (een van de oudste houten, nog bewoonde huis ter wereld)
  • Dorpje Saksun
  • Hike strand Út á Lónna (gemoedelijke wandeling over geasfalteerde weg)
  • Waterval Pollurin (mooie waterval)

Een zeer historisch plaatsje

Op de laatste dag maakten we eerst een uitstapje naar het dorpje Kirkjubøur. Deze historische plek ligt vlakbij Tórshavn. Wat hier te zien is? Natuurlijk weer heel veel schapen die los door het dorp lopen, maar ook de oudste nog functionerende kerk van het land: Kirkjubøar kirkja. Dit is een modern optrekje waar nog steeds kerkdiensten gehouden worden. Naast de kerk staat de enige kathedraal van de Faeröer, de Magnus Kathedraal. Je gaat terug in de tijd als je door deze ruïne loopt. De bouw van deze kathedraal werd in de 13e eeuw gestart en is nooit afgerond. Het bouwwerk heeft geen dak. Waarom dit zo is, dat is niet duidelijk. Naast de Magnus Kathedraal ligt Kirkjubøargarður. Dit is een van de oudste houten, nog bewoonde, huizen in de wereld. Het huis werd gebouwd in de 11e eeuw en sinds 1550 wonen hier leden van de familie Patursson.


Het schilderachtige Saksun mag je niet overslaan

Na dit historische plaatsje maakten we nog één stop voordat we terugkeerden naar het vliegtuig voor de vlucht naar huis. Daarvoor reden we op het grootste eiland van de Faeröer naar het noorden om Saksun te bezoeken. Saksun, met 11 inwoners, is een van de mooiste dorpjes van de eilandengroep. Het dorpje is het begin en eindpunt van een gemoedelijke wandeling naar het strand Út á Lónna. Hier kun je ook de prachtige waterval Pollurin bewonderen. De wandeling kun je zo lang maken als je wilt, tot het strand is het ongeveer een half uurtje lopen. Over het strand kun je nog een heel eind richting de zee. Het voelt hier echt alsof je in een schilderij bent gestapt. De kleuren, de waterval, het zwarte strand, het intens blauwe water en de schilderachtige huisjes vormen samen een bizar geheel.


Weer terug naar huis!

Toen was het voor ons alweer tijd om de magische eilanden te verlaten. Ook nu vlogen we via Kopenhagen naar Amsterdam. Tijdens de terugreis ga je vooruit in de tijd, je mist dus een uurtje. Als op de Faeröer opstijgt en het is 14.00 uur, dan is het al 15.00 uur in Kopenhagen en Amsterdam. Deze vlucht lijkt dus een uurtje langer te duren dan dat die eigelijk is door het tijdsverschil. 

Kirkjubøur & Saksun (dag 4) in foto's:

Hike strand Út á Lónna
© SMG
Hike strand Út á Lónna
© SMG
Magnus Kathedraal
© SMG
Waterval Pollurin
© SMG

Interessante Faeröer eilanden weetjes:

  • Je bent nooit verder dan 5 kilometer verwijderd van de zee als je rondreist over de eilandengroep.
  • Volgens een legende leven in alle grote stenen die je ziet trollen, elven, ed. Bij de opengebarsten rotsen heeft het wezen zijn/haar huis verlaten.
  • Voetbal is een grote hobby/sport in het land. Op de meest bijzondere plekjes kom je een voetbalveld tegen. Ook heeft de Faeröer een nationaal elftal dat meespeelt in grote competities.
  • In totaal zijn er 6 stoplichten op de Faeröer.
  • Het hoogste punt is 880 meter.
  • Weer: zeeklimaat met minima tot 1 graad in de winter en maxima van 20 graden (heel erg zelden in de zomer). Vanaf mei valt er steeds minder neerslag en tot september kun je hier gerust heenreizen. Ook in de maanden eerder in het jaar kun je naar de Faeröer eilanden, maar neem dan zeker een regenjas mee. Het weer verandert elke 10 minuten, als het regent regent het dan doorgaans ook niet lang. Voordeel van de vele regen: onwijs veel prachtige regenbogen.
  • Er leven op de Faeröer 2000 minder vrouwen dan mannen.
  • Drie jaar geleden had dit land het hoogste geboortecijfer van Europa.
  • Dieren: heel veel schapen, zeehonden, walvissen, papegaaiduikers... 
Eten Faeröer eilanden
© SMG
Je kunt overal heerlijk eten!
ROKS Faeröer eilanden
© SMG
Een van de meest bekende restaurant in het land: ROKS!
Rots Trælanípa hike
© SMG
Wat een bizar landschap!
Wegen Faeröer eilanden
© SMG
Anne IDB

Over Anne

Als je opgroeit in de bergen, lijkt het bijna vanzelfsprekend dat je van deze geweldige omgeving gaat houden. Dit geldt zeker voor Anne. In haar geboorteland Oostenrijk maakte ze al op jonge leeftijd uitstapjes naar de bergen om er te skiën of te wandelen. Zelfs toen ze op vijfjarige leeftijd naar Nederland verhuisde, bleven deze uitjes bestaan. Tripjes naar Oostenrijk bestaan voor Anne altijd uit familiebezoek in combinatie met activiteiten in de bergen, want dat is volgens haar echt het leukste wat er is! Nu kan Anne het hele jaar door genieten van de bergen en alles wat erbij hoort als onderdeel van het team In de Bergen.